Blog
13.10.2025

Zo vermijd je condensvorming bij isoleren

Condensvorming bij isolatie kan leiden tot vochtproblemen zoals schimmel en houtrot. Het voorkomen hiervan is essentieel voor een gezond binnenklimaat en de duurzaamheid van de constructie. Hier zijn vier adviezen om condensatie bij isolatie te voorkomen.

Foto van hellend dak geïsoleerd met Recticel Isolatie voor artikel 'condensatie bij isolatie voorkomen'

1. Isoleer een plat dak nooit langs de binnenzijde

Het isoleren aan de binnenzijde kan om twee redenen tot problemen leiden:

  • Isolatie aan de binnenzijde van een plat dak verhoogt de kans op condensatie, omdat het dampscherm moeilijk luchtdicht te plaatsen is waardoor vochtige, warme lucht de isolatielaag kan binnendringen.
  • Daarnaast is de positie van de isolatie bouwfysisch allesbehalve ideaal, als je een plat dak langs binnen isoleert. De draagstructuur en bovenliggende waterdichting vormen een koude, erg dampdichte barrière bovenop de isolatie. Het dauwpunt bevindt zich dus tussen de isolatie en de dakstructuur, waardoor daar mogelijk condensvorming plaatsvindt. Daarom isoleer je een plat dak best aan de buitenzijde (warmdakprincipe).

DON'T: isolatie langs de binnenzijde van het plat dak (koud dak)

niet doen: isolatie langs binnenzijde plat dak

DO: isolatie langs de buitenzijde van het plat dak (warm dak)

Wel doen: isolatie langs buitenkant plat dak

 

2. Volg altijd de gouden 1,5-regel

Bij combinaties van isolatietypes zorg je best steeds voor toenemende dampopenheid naar buiten toe. Plaats je toch de meest dampdichte isolatie langs buiten? Zorg er dan voor dat de R-waarde van die isolatie minstens 1.5 keer zo groot is als de R-waarde van de meest dampopen isolatie langs de binnenzijde.

Meest dampdichte isolatie langs de buitenzijde – 1,5 x R-regel:

Meest dampdichte isolatie langs de buitenzijde – 1,5 x R-regel

 

3. Plaats één dampscherm aan de warme zijde van de isolatie

Breng altijd één goed geplaatst dampscherm aan langs de warme zijde. Vermijd meerdere dampremmende lagen tussen de isolatie.
Maar wat als je nu een bestaand dak renoveert? Ook dan kan je nog isolatielagen combineren:

  • Hellende daken:
    - Plaats je de pir-isolatie onder de minerale wol? Dan moet je het dampscherm tussen beide lagen verwijderen of doorprikken en de naden van de pir-platen aftapen of een continu dampscherm voorzien aan de warme zijde.
    - Plaats je de pir-isolatie boven de minerale wol (volgens het sarkingdakprincipe), dan dien je de 1,5-regel te volgen (zie tip 2).
     
  • Platte daken:
    - De 1,5-regel biedt altijd een zekere oplossing. Zorg ervoor dat de nieuwe isolatielaag boven op de oude dakbedekking 1,5 keer de R-waarde heeft van de al aanwezige isolatielaag. De oude dakbedekking kan doorgaans blijven liggen.

Na-isolatie van platte daken – 1,5 x R-regel:

Na-isolatie van platte daken – 1,5 x R-regel:

 

4. Ventileren = vocht reduceren

Goed isoleren is meer dan een laag materiaal tegen de muur zetten – het is zorgen dat een huis gezond blijft ademen. Want waar warmte blijft, blijft vaak ook vocht hangen. En dat kan, als je niet oplet, leiden tot condens en schimmel.

Begin daarom altijd bij de lucht. Hoe minder waterdamp in de binnenlucht, hoe kleiner het risico dat die als condens in de isolatie of koude hoekjes neerslaat. Beschikt het gebouw over een mechanisch ventilatiesysteem? Laat bewoners weten dat ze dat continu moeten laten draaien op het debiet waarvoor het ontworpen is. Geen mechanische ventilatie? Dan zijn open ramen je beste vriend. Even luchten, zeker na koken, douchen of baden, helpt vocht afvoeren en houdt de binnenlucht fris.

Dan komt de isolatie. Met pir-platen van Recticel pak je meteen het risico op damptransport aan: ze zijn van nature dampdicht. Werk de naden van binnenisolatie zorgvuldig af met Rectitape, en je bent klaar om met gipskarton te bekleden. Met Eurothane G-platen gaat het nog sneller: de gipskartonplaat zit er al op, en dankzij het grote formaat heb je minder naden om af te werken.

Voor de binnenisolatie van vochtige ruimtes zoals badkamers kies je beter voor een opbouw met een isolatielaag mét een extra continu dampscherm. Dat dampscherm plak je zorgvuldig af, zodat damp geen kans krijgt om in de constructie te dringen. En bij extreem vochtige omgevingen, zoals een binnenzwembad, is buitenisolatie de veiligste keuze.

De gouden regel: isoleren én ventileren gaan altijd samen. Zo vermijd je vochtproblemen, verleng je de levensduur van je isolatie en zorg je voor een gezond, comfortabel binnenklimaat.

Nele Ameye, Application Expert Recticel Insulation
Nele Ameye, Application Expert Recticel Insulation

Idealiter bedraagt de relatieve vochtigheidsgraad in een woning tussen de 40 en 60%. Dit kan je makkelijk checken met een vochtigheidsmeter.

 

Plat dak? Slim dak!

Recticel helpt bouwprofessionals bij het slim isoleren van platte daken.

Handige plat dak tips & tricks arrow_forward

Vraag het aan onze experts

Ik wil meer advies.

Stel je vraag aan onze experts arrow_forward